March 05, 2012

Het Bauhaus

De Bauhaus-Universität Weimar kent een bewogen geschiedenis. De naam van de school is ontstaan in 1919 toen de Großherzoglich-Sächsiche Hochschule für Bildende Kunst (gesticht door de Belgische architect Henri Van de Velde) en de Grossherzoglich-Sächsische Kunstgewerbeschule door Van de Veldes opvolger Walter Gropius samengevoegd werden tot het Staatliches Bauhaus Weimar. Het Bauhaus bood vooruitstrevende opleidingen aan voor kunstenaars, ambachtslieden en architecten. Het academisme van de Beaux-Arts stijl maakte er plaats voor het modernisme, dat van hieruit heel Europa veroverde.
Het Van de Velde gebouw in Weimar (waar nog steeds lessen plaatsvinden) is 
opgenomen in de lijst van Unesco werelderfgoed





Later verhuisde het Bauhaus naar een iconisch gebouw in Dessau (ontworpen door Gropius), dat onlosmakelijk met het Bauhaus geassocieerd wordt. Daar wordt Gropius opgevolgd door Hannes Meyer en die wordt op zijn beurt opgevolgd door Ludwig Mies van der Rohe. De school bleef in Dessau tot ze in 1932 eerst door de nazis naar Berlijn verdreven werd en daarna gesloten werd. De zogenaamde Bauhaus-stijl was immers voor de Duitsers een doorn in het oog. Omdat ze de heimat niet verheerlijkte werd ze als Entartete Kunst bestempeld. 


Ook andere bekende namen als Marcel Breuer, Mart Stam, Paul Klee, Wassily Kandinsky, Laszlo Moholy-Nagy, Johannes Itten, Herbert Bayer, Oskar Schlemmer, Max Bill ... blijven onlosmakelijk met deze periode verbonden.


Eigenlijk is het Bauhaus nooit helemaal weggeweest uit Weimar. Nadat het Bauhaus naar Dessau verhuisd was bleef de architectuurinstelling bestaan in de gebouwen van Van de Velde, hetzij onder achtereenvolgens 4 andere namen. In 1996 werd de school dan opnieuw hernoemd tot de huidige naam: Bauhaus-Universität Weimar. Daarmee leeft een stukje van de rijke geschiedenis voort in deze school.


In Weimar getuigen vele plekken van de rijke culturele erfenis van het Bauhaus: het Bauhaus-Museum,  het Haus am Horn, ...